The Olive Trees

 

 

 

Their presence in this garden attests to the agricultural history of the abbey. They have stood the test of time, contending with the harsh climate of Haute-Provence. The traditional olive variety here is the “Aglandau”, which has adapted to the altitude and poor soil.

In 1996, these olive trees were buried under brambles which deprived them of essential sunlight. In 1956, all the olive trees in Provence were affected by a major frost. The branches were dead, only the old trunks survived. Just one was preserved as a witness to this past.But these resilient trees managed to grow back from their base.

Clearing, cutting dead wood and selecting new shoots allowed them to slowly resume growth and begin to produce again. During the winter, the olives are harvested when they are fully ripe and black, and eaten as table olives, as the quantity is insufficient for making oil.

Pruning is carried out every 3 years on average, to maintain the shape and fruiting of the olive trees. They are fertilised with compost only. Ornamental flowers in a bed at the foot of the plant receive a light summer watering.

Die Olivenbäume

 

 

 

Ihre Präsenz in diesem Garten ist ein Zeugnis der landwirtschaftlichen Vergangenheit des Klosters. Sie haben der Zeit und dem harten Klima der Haute-Provence standgehalten. Traditionell wird hier die Olivensorte „Aglandau“ angebaut, die an hohe Lagen und karge Böden angepasst ist.

1996 waren diese Olivenbäume unter dornigem Gestrüpp vergraben, das ihnen das unentbehrliche Sonnenlicht nahm. Im Jahr 1956 traf ein starker Frost alle Olivenbäume der Provence. Ihr Astwerk starb ab, es blieben nur die alten Baumstämme übrig. Ein einziger wurde erhalten, als Zeuge aus dieser Vergangenheit. Diese widerstandsfähigen Bäume haben es jedoch geschafft, aus ihrem Fundament zu neuem Leben zu erwachen.

Durch Rodung, Entfernung von totem Holz und das Auswählen neuer Triebe konnte ihr Wachstum langsam wieder in Gang gebracht und somit die Produktion wieder aufgenommen werden. Die Oliven werden im Winter schwarz geerntet, wenn sie ihre volle Reife erreicht haben, und dienen zum Verzehr bei Tisch. Die Menge der Früchte erlaubt keine Weiterverarbeitung zu Öl.

Die Olivenbäume werden zur Aufrechterhaltung ihrer Form und ihrer Fruchtproduktion durchschnittlich alle 3 Jahre beschnitten. Sie werden ausschließlich mit Kompost gedüngt. Die Zierblumen im Beet zu ihren Füßen werden im Sommer leicht bewässert.

Gli ulivi

 

 

La loro presenza in questo giardino è una testimonianza del passato agricolo dell’abbazia. Hanno resistito al tempo, affrontando il clima rude dell’Alta Provenza. Vi si trova la specie di olivo tradizionale “Aglandau”, quella che più si è adattata all’altitudine e alla povertà del terreno.

Nel 1996, questi ulivi erano sepolti da rovi che li privavano dell’indispensabile luce del sole. Nel 1956, gli ulivi dell’intera Provenza furono colpiti da un’ondata di gelo molto intenso. I rovi morirono e restarono soltanto i vecchi tronchi. Uno solo era stato conservato come testimone del suo passato.Ma questi alberi resistenti riuscirono a rinascere dalle loro ceneri.

Il dissodamento del terreno, il taglio del legno morto e la selezione dei nuovi germogli hanno consentito loro di continuare a crescere e a produrre nuovi frutti. In inverno, le olive nere vengono raccolte quando arrivano a maturazione per essere poi consumate a tavola. La quantità di frutti non è sufficiente per produrre olio.

Gli ulivi vengono potati in media ogni 3 anni per mantenere la forma e la fruttificazione. Vengono fertilizzati esclusivamente con compost. Le aiuole di fiori ornamentali ai piedi delle piante in estate ricevono una lieve innaffiatura.

De olijfbomen

 

 

 

Hun aanwezigheid in deze tuin bewijst het agrarische verleden van deze abdij. Ze hebben de tand des tijds en het harde klimaat van de Haute-Provence doorstaan. De traditionele olijfsoort hier is ‘Aglandau’ die zich aan de hoogte en de arme grond heeft aangepast.

In 1996 raakten deze olijfbomen overwoekerd door braamstruiken waardoor ze niet het benodigde zonlicht kregen. In 1956 werden alle olijfbomen in de Provence getroffen door strenge vorst. De takken waren dood, alleen de oude stammen bleven over. Er is er slechts eentje overgebleven die getuigt van deze gebeurtenis.Toch zijn deze sterke bomen erin geslaagd om opnieuw vanaf hun basis te groeien.

Doordat we alles hebben opgeruimd, dood hout hebben afgezaagd en nieuwe scheuten hebben geselecteerd, konden de bomen langzaam weer groeien en opnieuw olijven produceren. Tijdens de winter worden de olijven zwart geoogst voor consumptie op tafel. De hoeveelheid vruchten is niet voldoende om tot olie te verwerken.

Elke 3 jaar wordt er gesnoeid om de vorm en de vruchtvorming van de olijfbomen te behouden. Ze worden alleen met compost bemest. De sierbloemen die aan de voet van de stammen groeien, krijgen in de zomer wat water.

Le jardin remarquable de l’abbaye de Valsaintes à Simiane la Rotonde en Haute Provence – Stage de jardinage et permaculture – Visite incontournable en Luberon, – Visite en famille en Luberon- Visite en famille en Provence.